Natuurrampen eisten in 2010 bijna 300.000 doden
Bij 373 natuurrampen zijn vorig jaar meer dan 296.800 mensen omgekomen. Zij hebben de wereldeconomie zowat 110 miljard dollar gekost, zo heeft het VN-Centrum voor Onderzoek naar de Epidemiologie van Rampen (CRED) bekendgemaakt. 2010 was het "dodelijkste jaar" sinds minstens twee decennia.
De krachtige aardbeving die op 12 januari 2010 Haïti heeft getroffen, was de grootste alleenstaande gebeurtenis en eiste met meer dan 222.500 doden het leeuwendeel van de dodentol over het hele jaar. De economische schade beliep 8,1 miljard dollar. De hittegolf in Rusland was de tweede grootste ramp en kostte "rechtstreeks" zowat 56.000 mensenlevens.
Azië zwaar getroffen
In april kwamen in China 2.968 mensen om bij aardbevingen, terwijl de massale overstromingen in Pakistan aan bijna 2.000 mensen het leven kostten. De economische schade beliep respectievelijk 18,22 miljard en 9,62 miljard dollar. Werelwijd waren zowat 207 miljoen mensen, van wie er 89 procent Aziaat waren, getroffen door natuurrampen, met inbegrip van ovestromingen, aardbevingen en aardverschuivingen.
Duurste ramp in Chili
De aardbeving in Chili in februari was de duurste natuurramp. Ze veroorzaakte 30 miljard dollar schade, de omvangrijkste van de in totaal 110,32 miljard dollar economische schade.
"Als we nu niet handelend optreden, zullen wij meer en meer rampen zien omwille van ongebreidelde verstedelijking en milieuvervuiling", zei Margareta Wahlstrom als speciale gezant van de secretaris-generaal van de VN. "Tengevolge van factoren met inbegrip van klimaatverandering zullen met het weer gerelateerde rampen in de toekomst zeker toenemen." (belga/gb)
