Hitte geeft bacteriën vrij spel
De hitte is niet alleen voor veel mensen genieten. Ook voor veel bacteriën, larfjes en andere zieketeverwekkers is het leven tijdens een hittegolf een waar paradijs.
Pas op!
Pas dus op als u de verkoeling bij het water opzoekt. Door de hitte kan blauwalg, botulisme, de ziekte van Weil of het zogenoemde zwemmersjeuk ontstaan en tot veel problemen leiden. Hieronder vindt u een overzicht van de gevaren met te warm water.
Botulisme
De veroorzaker van Botulisme is een bacterie en gek op warm weer. Hij produceert gifstoffen die verlammingsverschijnselen bij mens en dier kunnen veroorzaken. Er zijn zeven verschillende typen bacteriën. Sommigen zijn schadelijk voor vogels, anderen voor vissen. De bacterie die vissen verlamd is ook gevaarlijk voor mensen. Zwemmen in water waar dode vissen in drijven is dus niet aan te raden. Ook goed om te weten is dat mensen, die eenmaal Botulisme hebben opgelopen besmettelijk zijn.
Blauwalg
De naam blauwalg is eigenlijk misleidend omdat niet om algen gaat, maar bacteriën. Officieel wordt de blauwalg dan ook de cyanobacterie genoemd. Hij zit altijd in het water en leeft van stikstof. Bij temperaturen tussen de 20 en 30 graden is er veel stikstof in het water en kan de bacterie optimaal groeien. Na zwemmen in water met te veel blauwalg kunnen mensen last krijgen van huidirritatie, maag -en darmklachten, hoofdpijn of koorts. De kans op al deze misère is het grootst als je het water binnenkrijgt.
Leptospirose
Onder Leptospirose vallen aandoeningen als de ziekte van Weil en de modderkoorts. Ze ontstaan door bacteriën die leven in de urine van ratten en muizen. Honden en mensen die in het vervuilde water zwemmen kunnen koortsachtige verschijnselen krijgen, maar ook hoofdpijn, spier- en gewrichtspijnen, overgevoeligheid voor licht, misselijkheid en braken. Als het blijkt te gaan om de ziekte van Weil, kunnen de verschijnselen ernstige vormen aannemen. 20 procent van de zieken, die niet direct wordt behandeld overlijdt.
Cryptosporidiose
Wie na lekker een beetje gezwommen te hebben last heeft van diarree, kan goed in aanraking zijn geweest met parasiet cryptosporiose. Het beestje legt eitjes in mensen en herkauwers, die na twee tot vijf dagen in de ontlasting van mensen verschijnen. En of dat niet erg genoeg is, kunnen de slachtoffers ook nog eens last krijgen van hevige buikkrampen, misselijkheid, braken, algehele zwakte en lichte koorts. Er is één troost; na acht tot veertien dagen is de parasiet uit je lijf verdwenen en is alle ellende over.
