Tuesday, August 12, 2008

dynastie

1e Dynastie van Egypte

Ptolemaeën
De 1e Dynastie van de Egyptische oudheid wordt gedateerd tussen (ca.) 3032 en 2853 v.Chr. en maakt samen met de 2e Dynastie en de 3e Dynastie deel uit van de Vroeg-dynastieke Periode die liep van (ca.) 3032 tot 2639 v.Chr.

Twee opmerkelijke veranderingen luidden het begin van deze periode in, namelijk de verspreiding van het schrift en de stichting van Memphis, de stad die waarschijnlijk vanaf dat moment de politieke hoofdstad van Egypte was. Het schrift werd gedurende deze periode vooral gebruikt voor het schrijven van jaarnamen, een soort annalen die per regeringsjaar van een koning de belangrijkste gebeurtenissen noemen.

Volgens de Oud-Egyptische traditie begint de 1e Dynastie met Menes. Echter, in bepaalde bronnen wordt de naam Menes genoemd als stichter van de 1e Dynastie, en in andere bronnen wordt de naam Hor-Aha als stichter genoemd, waardoor enige verwarring is ontstaan. Het lijkt er echter op te wijzen dat de stichter van de 1e Dynastie als Horusnaam Menes had, en als geboortenaam Hor-Aha. Ook latere koningen hadden meerdere namen, dat is dus niet iets vreemds.

De belangrijkste machtscentra in deze periode in Egypte waren Abydos, Memphis en Hierakonpolis. In veel plaatsen in Egypte zijn grote begraafplaatsen uit deze tijd gevonden, wat impliceert dat het land minder gecentraliseerd was dan tijdens het Oude Rijk, toen er geen sprake meer was van rijke provinciale begraafplaatsen. De koningen werden in de woestijn bij Abydos begraven, terwijl de monumenten voor de cultus van de overleden koningen zich aan de rand van de woestijn, dichter bij de nederzettingen bevonden. Terwijl de koningen en andere leden van het koninklijk huis in Abydos werden begraven, werden de hoge ambtenaren in Sakkara begraven. Van enkele opslagruimten die bij deze graven hoorden, is de inhoud bewaard gebleven en tonen dat er reeds in de 1e Dynastie een groot scala aan koperen objecten en stenen vazen als luxe objecten in omloop waren.

2e Dynastie

De 2e Dynastie van de Egyptische oudheid begint met de regering van Hotepsechemoey in (ca.) 2853 v.Chr. en loopt tot (ca.) 2707 v.Chr. Tijdens deze periode bevond de koninklijke begraafplaats zich in Sakkara.

Na de derde koning van de 2e Dynastie wordt de opeenvolging van koningen onduidelijk, waarschijnlijk waren er rivaliserende koningen.

Koning Seth-Peribsen is de eerste koning uit de Egyptische geschiedenis die een Sethnaam heeft in plaats van een Horusnaam. Waarschijnlijk veranderde hij zijn Horusnaam Sekhemib in de Sethnaam Peribsen. Horus en Seth zijn goden uit de Egyptische mythologie die vechten om de heerschappij over Egypte. Het zou kunnen dat Peribsen geloofde in de triomf van Seth en zo zijn Horusnaam in een Sethnaam veranderde. Ook koning Kasekhem veranderde zijn naam in Khasekhemwy (=Chasechemoey). Sekhem betekent 'macht', hetgeen refereert aan Horus, terwijl Sekhemwy 'de beide machten' betekent, hetgeen refereert aan Horus en Seth, wat erop zou kunnen wijzen dat tijdens zijn regering een einde was gekomen aan rivaliserende machten en Egypte weer een stabiel geheel was.


3e Dynastie van Egypte

De 3e Dynastie van de Egyptische oudheid regeerde van ca. 2707 tot 2639 v.Chr.

Over de eerste koning van de 3e Dynastie, Sanacht, is weinig bekend. Zijn opvolger Djoser Netjerikhet is vooral bekend als de bouwer van de Trappenpiramide in Sakkara. De architect van Djoser, Imhotep, had een ingenieus bouwplan opgesteld. Tot die tijd werden koningen begraven in de zogenaamde mastaba's, vierkante stenen monumenten. Door meerdere van deze mastaba's opeen te stapelen kwam de architectuur van de Trappenpiramide tot stand. De stap naar de echte piramide werd dan ook al snel gemaakt in de daaropvolgende Dynastie.

Na Sechemset volgde een obscure periode waarvan weinig bekend is. Tegen het einde van de 3e Dynastie was Egypte een gecentraliseerde staat geworden, waarin architectuur, kunst, schrift, administratie en techniek hun klassieke vorm hadden bereikt.


4e Dynastie van Egypte

De 4e Dynastie van de Egyptische oudheid was het begin van het Oude Rijk in (ca.) 2639 v.Chr.

Snofroe was de eerste koning van de 4e Dynastie. Hij bouwde twee piramides in Dasjoer en één in Meidoem. De grote bouwprojecten van de koningen uit de 4e Dynastie impliceren grote efficiëntie in de economie en in de organisatie van arbeidskrachten en bouwmateriaal. Tijdens de regering van Snofroe vonden diverse militaire campagnes in Koesj plaats en werd Buhen gesticht als basis voor mijnbouwexpedities en handel met het noorden van Afrika.

De zonnereligie speelde een grote rol in de 4e en 5e Dynastie. Piramides waren zonnesymbolen bij uitstek (zij imiteren in steen de stralen van de zon die in een driehoek vanuit de wolken op aarde schijnen), en koningen gingen zich 'zoon van Ra' noemen.

Andere bekende koningen uit de 4e Dynastie zijn Chufu (Cheops), Chefren en Menkaura, de bouwers van de drie grote piramides bij Gizeh. Rondom hun piramides zijn grote groepen mastaba's geplaatst, waarin hoge ambtenaren en andere leden van het koninklijk hof begraven werden.

Tijdens de 4e Dynastie werden enkele van de meest verfijnde sculpturen en reliëfs van het Oude Rijk vervaardigd. Qua materiële cultuur vormt de 4e Dynastie dan ook het hoogtepunt van het Oude Rijk.


5e Dynastie van Egypte

De 5e Dynastie van de Egyptische oudheid liep van ca. 2504 tot 2347 v.Chr. en was één van de dynastieën tijdens het Oude Rijk.

De eerste koning van de 5e Dynastie bouwde een kleine piramide in Sakkara en een zonnetempel in Aboesir. De reductie in de grootte van de piramides werd niet gecompenseerd door andere grote monumenten, zodat deze ontwikkeling zou kunnen wijzen op economische achteruitgang, of een toename van consumptie en activiteiten in facetten van de samenleving waar geen sporen van bewaard zijn gebleven.

Vanaf de 5e Dynastie worden de graven van hoge ambtenaren steeds uitgebreider gedecoreerd. Ook bouwden zij hun graven vaker in de provincies, dan vlak naast het koninklijke piramidegraf zoals in de 4e Dynastie het geval was. De steeds groter wordende onafhankelijkheid van lokale machthebbers die hun eigen begraafplaatsen in de provincie hadden, duidt op een achteruitgang van het centrale gezag van de koning.

De laatste koningen van de 5e Dynastie bouwden geen zonnetempels meer zoals hun voorgangers gedaan hadden, wat wijst op het minder belangrijk worden van de zonnecultus tijdens deze periode. Oenas, de laatste koning van de 5e Dynastie, was de eerste die de wanden van zijn piramide liet beschrijven met magische teksten, de zogenaamde Piramideteksten.

6e Dynastie van Egypte

De 6e dynastie van de Egyptische oudheid liep van ca. 2347 tot 2216 v.Chr. en was de laatste dynastie van het Oude Rijk en leidde uiteindelijk tot de Eerste Tussenperiode.

De traditie van het bouwen van kleine piramides waarvan de wanden gedecoreerd werden met de magische Piramideteksten werd voortgezet tot aan het eind van het Oude Rijk.

Tijdens de regering van Pepi II vond het grootste verval plaats, wat duidelijk zichtbaar is in de graven. Er werd minder gedecoreerd, vaak werd zelf alleen het ondergrondse deel van het graf gedecoreerd. Na het einde van de regering van Pepi II kwam er een einde aan het centrale gezag van de farao. De provinciale bestuurders waren steeds onafhankelijker geworden en namen elk voor zich de macht over, waardoor er niets over bleef van de politieke eenheid van het Oude Rijk.


7e Dynastie van Egypte

De 7e Dynastie van de Egyptische oudheid was een periode zonder centraal gezag, met snel opeenvolgende farao's. Volgens Manetho was het een periode van anarchie, met 70 koningen die elk 70 dagen regeerden.

De koningen die tijdens de 7e Dynastie regeerden (van ca. 2216-2134 v.Chr.), volgden elkaar snel op en hadden geen controle over geheel Egypte. Provinciale ambtenaren werden niet langer door de koning benoemd, hun ambt was erfelijk geworden. Hierdoor ontstonden in de provincies machtige families, die onderling met elkaar rivaliseerden, wat leidde tot een versnippering van het land. Er zijn veel namen van farao's die in deze periode geplaatst kunnen worden, maar exacte data voor regeringsperiodes zijn niet bekend.

8e Dynastie van Egypte

De 8e Dynastie (ca. 2216-2134 v.Chr.) wordt vaak gecombineerd met de 7e Dynastie, wat in feite een versimpeling is, omdat de koningen in deze periode elkaar snel opvolgden en exacte regeringsdata onbekend zijn. De koningen van die tijd worden in twee bronnen genoemd, namelijk in de Turijnse Papyrus en in de Koningslijst van Abydos. Omdat er vrij weinig bewaard is gebleven uit deze tijd en heel veel farao's elkaar opvolgden worden alleen de farao's genoemd waar over iets bekend is.

9e Dynastie van Egypte

De Eerste Tussenperiode begint in ca. 2216 v.Chr. (met de 7e en 8e Dynastie) en eindigt in ca. 2040 v.Chr. (met de 9e en 10e Dynastie). De 9e en 10e Dynastie komen uit Heracleopolis. De 11e Dynastie uit Thebe regeerde nog door tot 1991 v.Chr. (en wordt als dynastie in het Middenrijk-periode geplaatst). Deze Dynastieën werden gesticht door nomarchen (lokale machthebbers) die zichzelf tot koning uitriepen en die de andere provincies inlijfden. Het kwam regelmatig tot botsingen tussen de Dynastieën uit Heracleopolis en Thebe. Rond 2040 v.Chr. veroverde de Thebaanse heerser Nebhepetre Mentoehotep de noordelijke provincies waarmee Egypte weer een eenheid werd, en daarmee begon het Middenrijk.

10e Dynastie van Egypte

De Eerste Tussenperiode begint in ca. 2216 v.Chr. (met de 7e en 8e Dynastie) en eindigt in ca. 2040 v.Chr. (met de 9e en 10e Dynastie). De 9e en 10e Dynastie komen uit Heracleopolis. De 11e Dynastie uit Thebe regeerde nog door tot 1991 v.Chr. (en wordt als dynastie in het Middenrijk-periode geplaatst). Deze Dynastieën werden gesticht door nomarchen (lokale machthebbers) die zichzelf tot koning uitriepen en die de andere provincies inlijfden. Het kwam regelmatig tot botsingen tussen de Dynastieën uit Heracleopolis en Thebe. Rond 2040 v.Chr. veroverde de Thebaanse heerser Nebhepetre Mentoehotep de noordelijke provincies waarmee Egypte weer een eenheid werd, en daarmee begon het Middenrijk.

11e Dynastie van Egypte

De 11e Dynastie was van origine een Thebaanse Dynastie die (vanaf ca. 2134 v.Chr.) rivaliseerde met de 9e en 10e Dynastie uit Heracleopolis, totdat de Thebaan Nebhepetre Mentoehotep het land verenigde door zijn overwinning op de noordelijke provincies, waarmee het Middenrijk begon.


Koning Mentoehotep II

Tijdens het Middenrijk werden er in het gehele land bouwwerken opgericht, er werden expedities uitgezonden naar het mijnengebied Wadi Hammamat, en de Rode Zee route werd weer in gebruik genomen. De binnenlandse politiek leek in het begin redelijk stabiel te zijn, maar de vizier van koning Nebtawyre Mentoehotep, genaamd Amenemhat, nam in 1976 v.Chr. de macht over en stichtte daarmee de 12e Dynastie.

12e Dynastie van Egypte

De 12e Dynastie van Egypte werd in (ca.) 1976 v.Chr. gesticht door Amenemhat I, de vizier van de laatste koning van de 11e Dynastie. Hij verplaatste de koninklijke residentie van Thebe naar Memphis, waar hij een stad stichtte die Itjtawy genoemd werd.

Tijdens militaire campagnes drong men in het zuiden door tot aan de tweede cataract. De leider van deze campagnes was de zoon van Amenemhat I, Senoeseret I, die 10 jaar lang samen regeerde met Amenemhat I. Het co-regentschap werd vanaf de 12e Dynastie een veel gebruikt middel om een probleemloze troonopvolging te garanderen.

Tijdens de 12e Dynastie werden enkele literaire werken geschreven die tijdens de gehele Egyptische geschiedenis bekend zouden blijven, zoals het verhaal van Sinuhe en dat van Wenamun. De sculptuur van deze periode is opmerkelijk realistisch, de koning wordt regelmatig afgebeeld met enigszins vermoeide trekken. De piramides van de koningen van de 12e Dynastie werden gebouwd in Dasjoer, El-Lisht, Hawara en el-Lahun.

13e Dynastie van Egypte

Tijdens 13e Dynastie die ca. 153 jaar duurde, regeerden een 'zeventigtal' koningen. Het lijken echter de viziers te zijn, die het land bijeen hielden. In de archeologische resten is geen achteruitgang in de situatie van het land te bemerken. Er wordt zelfs juist meer privé-sculptuur gemaakt dan in de periode voor de 12e Dynastie. Een opvallend element is de influx van immigranten uit Palestina. Een van hen, Khendjer, werd zelfs koning van Egypte. Deze immigranten lijken voorlopers te zijn van de grote immigrantengroep uit Palestina die zich later in de oostelijke Delta vestigde. Rond 1640 v.Chr. werd de 13e Dynastie omvergeworpen door een groep buitenlanders die in latere tijd Hyksos genoemd werden, een Griekse vorm van het Egyptsiche woord 'hekaw chasut', oftewel 'heersers van buitenlandse gebieden'.


14e Dynastie van Egypte

De 14e Dynastie bestaat uit een groep koningen waarover zeer weinig bekend is, en loopt hoogstwaarschijnlijk gelijktijdig met de 13e Dynastie (of de 15e Dynastie?).

15e Dynastie van Egypte

De 15e Dynastie bestond niet uit inheemse Egyptenaren, maar uit vorsten die hekaw-khasut, de heersers van vreemde landen genoemd werden. De Griekse vorm van deze naam is Hyksos. Deze vreemdelingen waren Semieten die zich via de Sinaï geleidelijk in de oostelijke Delta gevestigd hadden. Onder Sobekhotep IV (van de 13e dynastie) namen zij het gezag over en vestigden de stad Avaris. Vandaaruit breidden zij over een periode van zo'n vijftig jaar hun invloedssfeer uit tot aan Heliopolis. Hoewel zij nooit het zuiden geheel in handen kregen, wisten zij wel via de woestijn en de oases contact te leggen met de Nubiërs van Kerma, die hun bondgenoten werden. De inheemse vorsten die nog in Thebe regeerden (de 17e Dynastie) zaten ingeklemd tussen twee vijandelijke vorstendommen.

De Hyksosvorsten regeerden Egypte op deze manier ongeveer een eeuw lang en hoewel zij later als een grote ramp voor het land beschreven werden, was de 15e Dynastie was een tijd van innovatie en vreedzaam samenleven. Innovaties die geïntroduceerd werden in Egypte waren bronsbewerking, koperbewerking, een verbeterde versie van het pottenbakkerswiel, het verticale weefgetouw, nieuwe soorten groenten en fruit, het paard, de strijdwagen, en diverse soorten wapens. Lange tijd heerste er vrede tussen Avaris en Thebe. Aan het eind van de regering van Apepi I begonnen de zuidelijke vorsten onder leiding van Ta'a II (Seqenenre) echter een campagne om de Hyksos te verdrijven. Uiteindelijk slaagden zij daarin tijdens de regering van Ahmose, rond 1539 v. Chr, en daarmee begon het Nieuwe Rijk.

16e Dynastie

Manetho, de Griekse geschiedschrijver aan wie wij de indeling in Dynastieën van de Egyptische geschiedenis danken, beschrijft niet geheel correct een aantal Hyksos vorsten die door Apepi I met gezag bekleed werden als een aparte Dynastie, de 16e Dynastie (ca. 1590-1540). Deze Dynastie bestond dus eveneens uit Hyksos-vorsten en liep gelijktijdig met de 15e Dynastie.

17e Dynastie van Egypte

De 17e Dynastie (ca. 1640-1550 v.Chr.) was gevestigd in de zuidelijke stad Thebe. De stichter van deze lijn was Rahotep. Tijdens de regering van de Hyksos wisten de vorsten van Thebe zich in het zuiden te handhaven. Hoeveel koningen precies geregeerd hebben tijdens de 17e Dynastie is niet helemaal duidelijk omdat de bronnen elkaar tegen spreken. De graven van acht koningen zijn in Thebe gevonden, maar mogelijk waren er tien of zelfs vijftien vorsten.

Aanvankelijk volgden de Thebaanse koningen een vredespolitiek ten opzichte van hun machtige noorderburen. Onder Antef VII is het Thebaanse rijk duidelijk in kracht aan het toenemen. Zijn opvolgers braken met de Hyksos en zo begon een strijd om de macht die geruime tijd zou duren en die uiteindelijk met gehele verdrijving van de Hyksos beslecht zou worden door Ahmose, de grondlegger van de 18e Dynastie.


18e Dynastie van Egypte

De 18e Dynastie (1550[1]-1292 v.Chr.[2]) is misschien wel de bekendste van alle dynastieën van het oude Egypte. Naast een aantal van Egypte's machtigste farao's, kende deze dynastie ook zwakkere figuren, zoals Toetanchamon, wiens graf, ontdekt door Howard Carter in 1922, een van de grootste archeologische vondsten aller tijden was, daar deze volledig gespaard was gebleven van grafrovers. De dynastie staat ook wel bekend onder de naam van Thoetmosidische dynastie, omdat elk van de vier farao's die onder de naam Thoetmosis regeerden als goede heersers worden beschouwd. Hatsjepsoet, en misschien twee andere van een handvol inheemse vrouwen waarvan bekend is dat zij tot farao werden gekroond, regeerde tijdens deze periode, net zoals Achnaton (ook wel bekend als Amenophis IV), de "ketterse farao" die samen met zijn vrouw Nefertiti, trachtte de macht te breken van de machtige priesters van Amon-Ra door van Aton de nieuwe oppergod te maken.[3]

Deze periode waarin deze dynastie regeerde wordt samen met de regeerperioden van de negentiende en twintigste dynastie het Nieuwe Rijk genoemd.


De 19e Dynastie begon met de regering van generaal Horemheb, die zichzelf uitriep tot farao. Toen hij zonder erfgenaam stierf, nam generaal Ramses I de macht over. Deze farao wordt officieel gezien als de eerste farao van de 19e Dynastie.

Zijn opvolger, Seti I, ondernam enkele militaire campagnes in Palestina, en deed veel moeite om alle herinnering aan Achnaton uit te wissen, door zijn naam van de monumenten te verwijderen. Zijn opvolger Ramses II bevocht de Hittieten in de slag bij Qadesh. Dit gevecht eindigde in een wederzijds vredesverdag, maar werd in de Egyptische tempels voorgesteld als een grote overwinning van de Egyptenaren. Ramses II bouwde meer dan welke andere farao dan ook, en verplaatste de hoofdstad naar Pi-Ramesse in de Delta, de plaats van herkomst van de Ramessiden-familie. Ramses II werd opgevolgd door zijn 13e zoon Merenptah, die meerdere malen de binnenvallende Libiërs bevocht. Ook de zogenaamde 'Zeevolkeren' - stammen uit het Mediterrane gebied, die Egypte tijdens zijn regering binnenvielen - werden bevochten. Na de dood van Merenptah volgde Seti II hem op, die korte tijd geüsurpeerd werd door Amenmesses. Vervolgens regeerde Siptah korte tijd, opgevolgd door de weduwe van Seti II, Tawosret. Na Tawosret kwam er een einde aan de 19e Dynastie.

20e Dynastie van Egypte

De 20e Dynastie was de tweede dynastie van de Ramessidische periode. De eerste koning van deze Dynastie, Sethnacht, maakte een einde aan de onrust in Egypte, die ontstaan was na het einde van de 19e Dynastie. Zijn opvolger, Ramses III, kreeg echter te maken met invallende Libische stammen en hernieuwde aanvallen van de 'Zeevolkeren'. In de 90 jaren die volgden, regeerden vervolgens 8 koningen met de naam Ramses. Een belangrijke ontwikkeling tijdens de 20e Dynastie was dat het merendeel van het land in handen kwam van de tempels, met name van de Amon tempel in Karnak, waardoor deze tempel uiteindelijk controle kreeg over het zuiden van Egypte. De hogepriesters van deze tempel vormden uiteindelijk een rivaliserende Dynastie met die van de farao's in het noorden van het land. Ook de Libiërs die zich gevestigd hadden in het noord-westen van Egypte werden een belangrijke politieke macht. Tijdens de regering van Ramses IX kwam in Thebe de macht in handen van de priester en legerofficier Herihor, die zichzelf tot koning uitriep, evenals zijn opvolgers. Ramses XI werd opgevolgd door Smendes, de eerste koning van de 21e Dynastie, terwijl Piankh in het zuiden werd opgevolgd door Pinudjem I.


21e Dynastie van Egypte

De 21e Dynastie was de eerste dynastie van de Derde Tussenperiode. De koningen van de 21e Dynastie hadden hun residentie in Tanis, in de Delta. Het Nijldal tussen el-Hiba en Aswan stond onder het gezag van de hogepriesters van Thebe, die de koningen uit Tanis erkenden, en zelfs introuwden in de koninklijke familie. De Libiërs waren nog steeds actief in de Delta, en Osorkon 'de Oudere', de 5e koning van de dynastie van Tanis, kwam uit hun midden.


22e Dynastie van Egypte

De 22e Dynastie van Egypte regeerde van (ca.) 945 tot 712 v.Chr. en wordt in het algemeen aangeduid als de Libische dynastie.

Sjosjenq I, de eerste koning van deze Dynastie, kwam uit een Libische familie. Toen de hogepriesterlijke opvolging in Thebe uitstierf en tot een einde kwam, maakte hij van de situatie gebruik door zijn zoon aldaar te installeren en op die manier weer een eenheid te maken van Egypte. Ook ondernam hij een militaire campagne in Palestina, en werd de handel met Byblos en de Feniciërs hervat. Door deze handelsactiviteiten nam de welvaart in het land toe, hetgeen in hernieuwde bouwactiviteiten tot uitdrukking kwam.

Tijdens de regering van Takelot I ontstond er onrust in het land. Zijn zoon, Osorkon II, was benoemd tot hogepriester van Thebe, hetgeen niet geaccepteerd werd door de Thebanen. Een lange periode van burgeroorlog volgde. Vanaf de regering van Osorkon II, hadden diverse rivalen het voorzien op de macht, waarvan de eerste Pedubastis I van de 23e Dynastie was. Deze Dynastie werd naast de 22e Dynastie geaccepteerd. Tegen het einde van de 8e eeuw regeerden diverse koningen gelijktijdig het land, en verliepen de 22e, 23e en 24e Dynastie zij aan zij. 770 v.Chr. werd de Nubische koning Kashta in het zuiden van Egypte geaccepteerd als farao. Deze Nubische invloed in het zuiden van Egypte zou uiteindelijk doordringen tot in het hele land, en de 25e Dynastie gaan vormen.


23e Dynastie van Egypte

Wat Manetho de 23e Dynastie noemt, was in feite een rivaliserende dynastie van de Libische 22e Dynastie die over de Delta regeerde. Tijdens de regering van Sjosjenq III van de 22e Dynastie riep rivaal Pedubastis I zich eveneens uit tot koning van Egypte. De koningen van de 23e Dynastie werden geaccepteerd in Thebe, Hermopolis, Leontopolis, Heracleopolis en Tanis.
De rivaliserende vorsten van het noorden trachtten ieder grip te krijgen op het theocratische zuiden, waar de Godsemalinnen van de Amon de scepter zwaaide. De eerste van deze Godsgemalinnen was Shepenwepet, een dochter van Osorkon IV van de 23e Dynastie. De Godsgemalinnen, die er via hun hooggeplaatste positie voor zorgden dat het zuiden onder controle bleef van de 23e Dynastie, konden niet huwen, zij waren immers de Godsgemalinnen van Amon, en opvolging werd dan ook via adoptie geregeld.


24e Dynastie van Egypte

De vorsten van Manetho's 24e Dynastie van Egypte stamden uit de stad Saïs. Dit vorstendom in de Nijldelta heeft in de late tijd van de Egyptische geschiedenis een belangrijke rol gespeeld.

Tijdens de Libische 22e Dynastie bestonden in Egypte rivaliserende vorstendommen, waarvan de 24e Dynastie in Saïs er één was. In Saïs regeerde in de tijd van Osorkon V van de 22e Dynastie een koning genaamd Tefnachte(Stephinates), die zich 'Groot hoofd van de Libu en prins van het westen' noemde. Hij had de westelijke delta in zijn macht en werd geaccepteerd door de vorsten van Hermopolis en Herakleopolis. Hij riep zich uit tot koning van Egypte en stichtte daarmee de 24e Dynastie, die echter nooit het gehele land in handen kreeg. Een deel van het noorden erkende nog de vorsten van de 23e Dynastie die in het zuiden nog steeds de Godsgemalin van Amon benoemden. Later steunde het zuiden de vorsten van Napata in Nubië die de 25e Dynastie zouden leveren. Tefnachte werd opgevolgd door Bakenrenef (Bocchoris). In zijn tijd veroverden de Nubiërs vrijwel het gehele land en kwam geheel Egypte onder het gezag van de 25e Dynastie.

Late periode ..

25e Dynastie van Egypte

De 25e Dynastie wordt ook wel de Koesjitische Dynastie genoemd. De eerste koning van deze dynastie, Kashta, werd rond 770 v.Chr. tot aan de invloedssfeer van Thebe als koning geaccepteerd. Zijn opvolger Piye (Piankhy) veroverde alle kleine vorsten totaan de invloedssfeer van Memphis, waarbij hij eveneens Tefnachte van de 24e Dynastie uit Sais onderwierp. Met koning Shabaka van de 25e Dynastie werd uiteindelijke geheel Egypte onderworpen aan de Nubische vorsten en begon de Late Periode. Vanaf zijn regering werd Memphis opnieuw hoofdstad van Egypte. Hoewel Egypte officieel als een eenheid werd gezien, hadden de lokale 'vorsten' nog steeds enige autonomie, en zouden later samenwerken met de Assyriërs om de Nubiers te verdrijven. Tijdens de 25e Dynastie leefde de kunst weer op en werden vele monumenten gebouwd. In Thebe werd Shebitku's zus geadopteerd door de Godsgemalin Amenirdis I, die op haar beurt Amenirdis II adopteerde. De vierde priester van Amon in Thebe had veel invloed en regeerde in feite over het zuiden van Egypte. Het verenigde Egypte van de Nubische farao's had een bijzonder machtige positie in het Nabije Oosten, de enige rivaliserende macht was Assyrie. De Assyrische vorst Esarhaddon probeerde Egypte te veroveren in 674 v.Chr., maar slaagde daar niet in. In 671 v.Chr. viel hij opnieuw aan, deze keer werd Memphis ingenomen. Taharqa vluchtte naar het zuiden, en Esarhaddon stierf intussen. Zijn zoon Assurbanipal ondernam een nieuwe campagne naar Egypte in 664, waar hij de vorst van Sais, Necho I, overhaalde om zijn bondgenoot te worden. Na de vlucht van Taharqa riep Necho I zich uit tot koning van Egypte, waarmee hij de 26e Dynastie stichtte.

26e Dynastie van Egypte

Na de vlucht van Taharqa (25e Dynastie) bij de Assyrische inval in Egypte in 671 v.Chr. riep Necho I van Sais zich uit tot koning van Egypte. Hij en zijn zoon Psamtik (de latere Psammetichus I) werden bondgenoten van de Assyriërs in de hoop met hun hulp de Nubiers te verdrijven. In 664 v.Chr. volgde Tantamani Taharqa op en drong met zijn militaire campagne vanuit Nubië door tot in de Delta. Tijdens de gevechten stierf Necho I, waarop Tantamani geaccepteerd werd door de lokale machthebbers. Tussen 663 en 657 v.Chr. viel de Assyriër Assurbanipal opnieuw Egypte binnen en plunderde het gehele land, waarop Tantamani naar Nubië vluchtte. Toen Assurbanipal terugkeerde naar Assyrië lukte het Psammetichus I onafhankelijk te worden van de Assyriërs. Tussen 664 en 756 v.Chr. verdreef Psammetichus I alle lokale machthebbers uit het noorden, en zorgde ervoor dat de Godsgemalin van Amon in Thebe zijn dochter Nitocris adopteerde, waardoor hij eveneens controle kreeg over het zuiden. Bij zijn machtsstrijd maakte hij gebruik van Griekse huursoldaten, een innovatie in de Egyptische geschiedenis. Zo kwam voorgoed een einde aan de invloed van zowel de Libiërs als de Nubiërs. Egypte was voor het eerst sinds 1070 v.Chr., Ramses XI (20e Dynastie), vier eeuwen voor zijn tijd, weer verenigd onder een koning die men als een inheems vorst kan beschouwen, hoewel het koninklijk huis eigenlijk wel van Libische afkomst was. Dit was het begin van de Saïtische Renaissance, een tijd van bloei voor Egypte, waarin het land sterk teruggreep op het eigen roemruchte verleden. De voornaamste bron met betrekking tot de geschiedenis van deze periode is de Griekse geschiedsschrijver Herodotus. Tegen het einde van de regering van Amasis groeide de machtssfeer van de Perzen, die tijdens de regering van zijn opvolger Psammetichus III in 525 v.Chr. Egypte binnenvielen en veroverden, waarmee Cambyses II de eerste koning van de 27e Dynastie werd.


27e Dynastie van Egypte

Dit artikel, of een gedeelte daarvan, zou samengevoegd moeten worden met Perzisch Egypte, of er dient een duidelijkere afbakening tussen beide artikelen te worden gemaakt

De 27e Dynastie wordt gevormd door de eerste Perzische overheersing van Egypte. De dynastie begon in 525 v.Chr. met de verovering van Egypte door Cambyses. Hij ondernam diverse campagnes om eveneens Nubië en de oase Siwa te onderwerpen, maar slaagde daar niet in. Zijn opvolger Darius I bouwde enkele tempels in Egypte, waaronder de tempel van Hibis in de Kharga oase. Al snel kwamen de Egyptenaren in opstand tegen de Perzen, en handelden in graan met de Grieken in ruil voor huursoldaten. In 404 v.Chr. lukte het Amyrtaios uit Sais om de Delta te bevrijden van de Perzische overheersing, en rond 400 v.Chr. had hij het gehele land veroverd, waarmee zijn regering de 28e Dynastie vormt.


28e Dynastie van Egypte

De 28e Dynastie van Egypte wordt gevormd door Amyrtaios uit Saïs die het in 404 v.Chr. lukte om de Nijldelta te bevrijden van de Perzische overheersing. Rond 400 v.Chr. had hij het gehele land veroverd, waarmee zijn regering de 28e Dynastie vormt.


In 399 v.Chr. usurpeerde Nepherites I uit Mendes de troon, die tot dan toe was bezet door Amyrtaios (28e Dynastie) uit Sais. Hiermee werd de 29e Dynastie gesticht. Nepherites I en zijn opvolgers Psammuthis en Hakoris ondernamen diverse bouwprojecten in Egypte en het lukte hen eveneens de Perziche aanval in 385-383 v.Chr. af te weren, waarbij zij grotendeels afhankelijk waren van de Griekse huursoldaten. Echter, in 380 v.Chr. lukte het Nectanebo I, een generaal uit Sebennytos in de Delta, om de troon te usurperen, en stichtte hiermee de 30e Dynastie.


29e Dynastie van Egypte

In 399 v.Chr. usurpeerde Nepherites I uit Mendes de troon, die tot dan toe was bezet door Amyrtaios (28e Dynastie) uit Sais. Hiermee werd de 29e Dynastie gesticht. Nepherites I en zijn opvolgers Psammuthis en Hakoris ondernamen diverse bouwprojecten in Egypte en het lukte hen eveneens de Perziche aanval in 385-383 v.Chr. af te weren, waarbij zij grotendeels afhankelijk waren van de Griekse huursoldaten. Echter, in 380 v.Chr. lukte het Nectanebo I, een generaal uit Sebennytos in de Delta, om de troon te usurperen, en stichtte hiermee de 30e Dynastie.


30e Dynastie van Egypte

In 380 v.Chr. usurpeerde Nectanebo I uit Sebennytos de troon en stichtte hiermee de 30e Dynastie. Tijdens zijn regering floreerde de kunst en werden diverse bouwwerken opgericht. In 373 v.Chr. lukte het hem een Perzische invasie af te weren. Zijn opvolger Teos begon een offensief in Palestina, maar werd tijdens zijn verblijf in het buitenland door een rebellie in Egypte van de troon gestoten, die overgenomen werd door zijn neef, Nectanebo II. In 350 v.Chr. slaagde Nectanebo II erin een aanval van de Perzische vorst Artaxerxes III Ochus af te weren, maar in 343 v.Chr. lukte het de Perzen toch om de macht in Egypte in handen te krijgen, waarmee de periode van de tweede Perzische overheersing in Egypte begon, die ook wel de 31e Dynastie genoemd wordt.


31e Dynastie van Egypte

In 343 v.Chr. veroverden de Perzen voor de tweede keer in de geschiedenis Egypte, waarmee de tweede Perzische overheersing, ook wel de 31e Dynastie een feit werd. Deze tien jaar durende periode werd gedurende ongeveer twee jaar onderbroken door de regering van de inheemse vorst Chababash, die controle lijkt te hebben gehad over geheel Beneden-Egypte. De Perzische overheersing werd door de Egyptenaren als onderdrukkend ervaren, wat ertoe leidde dat de inval van de Macedoniër Alexander de Grote in 332 v.Chr. als een bevrijding van Egypte werd gezien.


Ptolemaeën

Laatste tijdperk voor c..

De Ptolemaeën (meervoud van Ptolemaeus), ook wel Ptolemaeërs (soms ook "Ptolemeërs"), is de naam van de uit Macedonië stammende Koninklijke dynastie die over Egypte regeerde van 305 v.Chr. tot 30 v.Chr.. De Ptolemaeën stammen af van Ptolemaeus I Soter I die een van de generaals van Alexander de Grote was. Zij worden ook wel eens de Lagiden genoemd, naar de naam van Ptolemaeus' vader Lagos.