Het echte Zuid-Afrika
Major Ndaba doet zijn hoed op zijn hoofd (gemaakt van het vel van een wilde kat), gaat naast zijn geluksamulet staan (het skelet van een baviaan) en poseert voor de toeristencameras. De bezoekers zijn gekomen om een heel ander Afrika te zien, ver weg van de natuurparken en glinsterende stranden. Ndaba's winkeltje, volgepropt met boomschors, dierenhoorns en tientallen verschillende poeders en drankjes tegen van alles en nog wat (AIDS, onvruchtbaarheid, koorts, etc.), is een reguliere stop op tours naar Langa, een van de uitgestrekte krottenwijken van Kaapstad. De wijken zijn opgezet tijdens de apartheid, om niet-blanken te huisvesten. Nog steeds woont het merendeel van de Zuid-Afrikaanse bevolking in zulke wijken.
Het townshiptoerisme is sinds de multiraciale verkiezingen van 1994 enorm in populariteit toegenomen. Tegenwoordig is het een miljoenenbusiness.
Soweto, het hart van de strijd tegen de apartheid, is de topattractie van Johannesburg. Dagelijks rijden volle bussen met toeristen langs het voormalige huis van Nelson Mandela, dat van zijn ex-vrouw Winnie en Nobelprijswinnaar Desmond Tutu, en allerlei monumenten voor gevallen helden van de strijd tegen racisme. In Kaapstad rukt naar schatting een kwart van de bezoekers zich even los van het strand om een kijkje te nemen in de stoffige straten van het winderige Cape Flats. Per jaar komen er naar schatting 300.000. Tachtig procent van de toeroperators heeft een townshiptoer in zijn programma. Een gemiddelde toer kost Î30 voor een halve dag. Voor wat meer kan je ook overnachten in een township, in een simpele maar schone hut.
Simon Kumanya runt een klein winkeltje in een stoffige straat in Langa. Hij vertelt wat voor een impact de tours hebben op de lokale economie. ,,Weet je aan hoeveel mensen zo'n houten souvenir werk geeft? Twintig. De Duitsers zijn mijn belangrijkste klanten'', zegt hij, terwijl hij zijn toonbank schoonveegt met een struisvogelplumeau. De overheid moedigt de tours aan, zeker nu tijdens de aanloop naar de Wereldkampioenschappen in 2010. Men hoopt dat het geld doorsijpelt naar de allerarmsten. Met de opbrengst van de tours en donaties van bezoekers zijn al hele scholen en crèches ingericht.
In november vorig jaar werd Langa opgeschrikt door twee aanvallen op toeristenbussen. Een groep Duitsers werd beroofd tijdens een bezoek aan een school; een Nederlandse groep overkwam die avond hetzelfde lot na een bezoek aan een lokaal restaurant. Een jaar geleden werd een groep Duitse toeroperators beroofd in het uitgestrekte township Khayelitsha, eveneens in Kaapstad. "Misdaad is een grote bedreiging voor het toerisme, niet alleen in de townships. Het zou ontzettend jammer zijn als we bij de pakken neerzitten en het toerisme beperken tot een paar high-security gebieden'', vertelt Sheryl Ozinsky van het toerismebedrijf Cape Town Routes Unlimited. Ze wijst er bovendien op dat er ook in de meer traditionele toeristenplekken, zoals de beroemde botanische tuinen van Kirstenbosch, toeristen beroofd worden, en dat er dan geen moord en brand wordt geroepen. Desondanks is het Zuid-Afrikaanse toerismebureau dit toeristenseizoen (onze winter, hun zomer) begonnen met het uitdelen van pamfletten met tips voor op straat en telefoonnummers. Veel toeroperators hebben hun programma's gewijzigd. Ze nemen geen risico en volgen liever een veilige route dan dat ze hun gasten door dichtbevolkte krottenwijken rijden. Avondbezoeken aan zogenoemde shebeens, townshipcafeetjes, zijn beperkt.
Khanyiso Kenqa van touroperator Cape Capers houdt vol dat toeristen veilig zijn in de townships. Volgens hem staat de overgrote meerderheid van de inwoners achter de tours en riskeren dieven die het op toeristen hebben voorzien, het op staande voet berecht te worden door zogenoemde 'staatscomités.'
Veel tours beginnen in het District Six Museum, dat is gewijd aan de brute verwijdering van zwarten uit de levendige, multiraciale gemeenschap van downtown Kaapstad. Tijdens de Apartheid gebruikte de blanke autoriteiten de 'potloodtest'. Als het potlood in iemands haar bleef steken, werd die persoon geclassificeerd als zwart. Als het potlood erdoorheen viel, werd hij of zijn aangemerkt als een kleurling en had je meer privileges, vertelt Kenqa tegen een geschokte Duitse groep. De minibus rijdt door de straten van Gugulethu, waar de huizen nog steeds het voorvoegsel NY hebben. "Native Yard'', legt Kenqa uit; kleurlingenterrein. Hij laat het monument zien dat is gewijd aan Amy Biehl, een Amerikaanse student die in 1993 werd vermoord door een woedende zwarte menigte tijdens een uitbarsting van rassenspanningen. Haar vier zwarte moordenaars kregen amnestie van de Waarheidscommissie, die werd opgezet om de wonden van de apartheid te helen. De familie van Biehl, die de moordenaars vergaf en hen zelfs omhelsde, werd een internationaal symbool voor verzoening.
Kenqa vertelt verder, over de problemen die de gemeenschap heeft met tik, een zeer verslavende synthetische drug, en rivaliserende bendes als The Americans en de Ghetto Kids, die vechten om de controle van de drugshandel. Op een veldje naast een vervallen elektriciteitscentrale staan provisorische tenten, verstopt tussen de bosjes. "Een besnijdenisdorp'', zegt Kenqa en legt het ritueel uit: om een man te worden moeten Xhosa-jongens zes dagen moeten zien te overleven, zonder eten of water.
In Langa, dat ontstond nadat de Wet op Stedelijke Gebieden van 1923 zwarten dwong om in aangewezen gebieden te wonen, worden bezoekers altijd uitgenodigd om een school of een crèche te komen bezoeken, en de hostels waarin zwarte mannen die in Kaapstad hun werk hadden, moesten wonen, gescheiden van hun families.
Een slaapzaal waarin destijds drie mannen sliepen, biedt nu onderdak aan een uitgebreide familie van tien: een indicatie van het tekort aan huizen in het moderne Zuid-Afrika. Pumeza Cakasajo zegt dat hij geen last heeft van de invasie van vreemden in het piepkleine kamertje. "Het is een goede ervaring voor ze en uiteindelijk heeft de gemeenschap er alleen maar voordeel van'', zegt de 26-jarige, terwijl de andere familieleden onverstoord blijven staren naar een kleine, knetterende televisie.
Vlakbij staan nieuwe, bescheiden huizen, een getuigenis van de vastberadenheid van de regering om de krotten te vervangen voor fatsoenlijke huizen. Net om de hoek een bekend tafereel: een vrouw zittend in de deurpost, terwijl ze haar haar laat vlechten. Verder in de straat de reuk van gebarbecued vlees, en handelaren die de wol afscheren van schapenkoppen, die later zullen worden gekookt tot een populair gerecht dat liefkozend 'Smiley' wordt genoemd.
Ndaba, de kruidenman in Langa, beweert dat hij zijn kunst en kennis heeft geërfd van zijn grootouders, vanuit hun graf. Maar helemaal van een andere wereld is hij ook weer niet: op een klein bordje in zijn winkel staan de tarieven die tourgroepen voor een bezoek moeten betalen. Veel Afrikanen bezoeken nog altijd een traditionele geneesman, en Ndaba vertelt dat hij genoeg klanten heeft die van hun boze geesten af willen of van hun impotentie. Hij wijst naar de hoorn van een springbok, waarvan de punt is afgesneden. De hoorn is gevuld met een magisch drankje en wordt gebruikt als zetpil. "Het s heel effectief'', verzekert Ndaba. "Het medicijn gaat direct de nieren in. Het is onze manier van injecteren.'' Maar in de kleine groep buitenlanders voelt toch niemand zich geroepen om het te proberen.