Het groots gesjoemel met de jaartellingen door de eeuwen heen...
http://nl.wikipedia.org/wiki/Jaartelling
Kalenders en jaartelling
Onze huidige westerse kalender heeft een voorgeschiedenis van enkele duizenden jaren maar heeft geen bewezen binding aan de Natuurlijke klok zoals de Zon en of de Maan, er werd ervanuit gegaan dat.... Er zitten allerlei culturele en levensbeschouwelijke elementen in veelal door toenmalige leiders bepaald.
Dat onze laatste millenniumwisseling in 2000 viel, is niet zo vanzelfsprekend als het lijkt.
Want volgens de joodse kalender was het toen 5760, volgens de hindoe-kalender 2457 en de islamitische kalender gaf toen het jaar 1421 aan. Dat heeft weer alles te maken met de keuze van het 'nulpunt': het begin van een nieuwe dag, het begin van de jaartelling en het begin van een nieuw jaar en was het niet zo dat Etiopie dit jaar het millenium vierde...?
Voor ons begint de nieuwe dag telkens om 12.00 uur middernacht .Dat is niet zo vanzelfsprekend als het lijkt...
Want in de joodse cultuur wordt de ondergang van de zon als nulpunt gekozen: de joodse sjabbat begint dus al vrijdagavond. Hindoeïsten daarentegen beschouwen het opkomen van de zon als het begin van de nieuwe dag.
Voor ons begint het nieuwe jaar op 1 januari, maar bewezen feit is dat in de Romeinse tijd het begin van het nieuwe jaar niet op 1 maart viel. Vandaar dat november (novem = negen) en december (decem = 10) niet de laatste twee maanden van het jaar waren, zoals wij in onze westerse kalender gewend zijn.
En tenslotte is het nulpunt qua begin van de jaartelling verschillend: in onze westerse cultuur is het geboortejaar van Jezus Christus (het jaar 0) het uitgangspunt. Maar in de islam wordt de Hidjra (emigratie van de profeet Mohammed) als uitgangspunt voor de jaartelling genomen.
En om het allemaal nog ingewikkelder te maken: sommige volken en culturen nemen de omlooptijd van de aarde om de zon (ongeveer een jaar) als uitgangspunt voor hun kalender, andere de omlooptijd van de maan om de aarde (ongeveer een maand).
Al deze verschillende uitgangspunten hebben in de loop der eeuwen voor de nodige problemen in kalenders en jaartellingen gezorgd.
Een aantal tellingen; Enkele voorbeelden.. en baseringen..
Afrikaanse Kalender ( gebasseerd op natuur dag en nacht telling het hier en nu)
Arabische kalender ( gebasseerd op profeet Mohammed)
Persische Kalender
Christelijke kalender ( gebasseerd op geboorte Christus)
Joodse kalender
Etiopie kalender
Islamtische kalender ( gebasseerd op geboorte profeet Mohammed)
Boeddistische
Hindoekalender
Aziatische Kalender ( veelal gebasseerd op dierenriem)
Maya kalender ( gebasseerd op Zon Maan en Aardcyclus)
Noord Amerikaanse kalender gebasseerd op kennis van Indianen (veelal zon en maan telling)
Chinese kalender ( gebasseer op dierenriem)
Ortodoxe kalender
Geen van al deze tellingen is exact overeengekomen met de cyclus van moeder aarde en de zon en de Maan, enkel de maya kalender en Afrikaanse telling komt hierbij het dichts in de buurt omdat zij ervan uit is gegaan dat tellingen vanuit drievoud moesten onderbouwd worden, de verandering van klimaat ( hemelse( wind water vuur lucht en aarde),) de verandering van de dag en nacht, ( het hier en nu) en de universele klok namelijk de cyclus die de planeten samen hebben met de rondgangen van de volledige geometriepunten, zo kon een zeer groot rad van jaartellingen worden weerplaatst maar bleef het een mistery waarom steeds toch de tellingen niet meer overeenkwamen en de meest aannemelijke gebeurtenissen en voorspellingen niet op exact voorspelde momenten uitkwamen.
Er werd weinig tot vrijwel niet rekening gehouden met het groeiproces der aarde.
Christelijke kalender
De Westerse jaartelling wordt momenteel vrijwel "overal ter wereld gebruikt". Het systeem is gebaseerd op het begin van het christendom, de geboorte van Jezus Christus: AD (Anno Domini = in het jaar van Onze Heer, = n. Chr.). De jaren daarvoor worden aangeduid als v. Chr.
Het indelen van het jaar is door de eeuwen heen nogal lastig gebleken. De oude Romeinen kenden oorspronkelijk een kalender met twaalf maanden (voorheen 13), gebaseerd op de cyclus van de maan. Maar omdat maan-maanden niet precies overeenkwamen met de omlooptijd van de aarde om de zon, liep het verschil na een aantal jaren tot bijna een maand op. Daarom werd ter compensatie geregeld een schrikkelmaand ingevoerd. Maar erg secuur waren al die berekeningen niet. Daarom stelde Julius Caesar stelde in 46 v. Chr. de Juliaanse kalender in. Hij bepaalde dat het jaar voortaan zou beginnen in januari en dat er om de vier jaar een schrikkeldag zou worden ingevoerd.
Geleerden van toen gingen er van uit, dat een jaar 365 dagen en 6 uren telde (de tijd die de aarde nodig had om een baan om de zon af te leggen toendertijd).Echter werd vergeten dat de aarde een groeiend proces is en deze dus ook groeit in lengte van dagen zowel maanden dan ook jaren. Dat betekende dat men eens in de vier jaar (4x6uur=24 uur) een dag extra nodig had: een schrikkeldag (29 februari). In werkelijkheid duurt een jaar echter 365,2422 dagen (nog preciezer: 365 dagen, 5 uren, 48 minuten en 45 seconden); daardoor ontstond er in de loop der jaren een verschil van 10 dagen.
Paus Gregorius XIII "loste dit probleem" in 1582 "op" door de kalender 10 dagen te verzetten (na 4 volgde 15 oktober) en elke 400 jaar drie schrikkeljaren te laten uitvallen. Daarom zijn de jaren 1700, 1800, 1900 en 2000 geen schrikkeljaren: een schrikkeljaar moet deelbaar zijn door 4 en als het een eeuwjaar is deelbaar door 400.
Met deze maatregel stelde paus Gregorius XIII in 1582 de kalender in zoals we die nu kennen. Niet dat die meteen door iedereen erkend en gebruikt werd, want in de protestantse gedeelten van Nederland, Duitsland en Zwitserland duurde het nog tot 1700 voor men die kalender accepteerde en in gebruik nam. En Rusland volgde pas een jaar na de communistische revolutie in 1917.
De kalender die paus Gregorius invoerde, noemen we ook wel de burgerlijke kalender. Deze burgerlijke kalender wijkt (tot op de dag van vandaag) af van de kerkelijke kalender, waar het begin van het jaar valt op de eerste zondag van de advent (vier weken voor Kerstmis).
Een verdeling in weken van zeven dagen kende men ten tijde van de Romeinen aanvankelijk niet niet. Pas toen keizer Theodosius het christendom tot staatsgodsdienst verhief, ontstond pas het zevendaags weekritme, ( voorheen 8 dagen) waarbij de zondag als rustdag werd beschouwd. De dag indelen in vaste dagdelen en uren was tot in de middeleeuwen niet gebruikelijk. Met de uitvinding van het uurwerk (veertiende eeuw) werd dat een stuk gemakkelijker: een dag bestond voortaan uit twee keer twaalf uren niet van de groei van de aarde uitgegaan..)
Joodse kalender
In het Westen gebruiken we een zonnekalender, waarin 365,25 dagen per jaar gaan. De joodse kalender is echter gebaseerd op de maan. Een maand loopt van nieuwe maan tot de volgende nieuwe maan en duurt 29 of 30 dagen, de tijd die de maan nodig heeft om een volledige baan om de aarde af te leggen: 29 dagen, 12 uur, 44 minuten en 2,8 seconden. Per 12 maanden zijn dat ongeveer 354 dagen, 11 dagen korten dan een zonnejaar. Door zeven keer in 19 jaar een extra maand (een soort "schrikkelmaand") toe te voegen worden zonne- en maankalender in evenwicht gebracht. Anders zouden de joodse religieuze feestdagen, die vaak sterk met de landbouw/oogst verbonden zijn, op den duur niet langer in het juiste jaargetijde gevierd kunnen worden.
Daarom voegden de religieuze autoriteiten, wanneer ze zagen aankomen dat Pesach te vroeg zou vallen wanneer men uitsluitend met maanmaanden zou rekenen, na de stand van zaken binnen akkerbouw en veeteelt te hebben onderzocht een schrikkelmaand (dertiende maand) in. ( ook al bekend in de maya kalender)
Omdat joden een maankalender volgen, tellen ze feitelijk niet de dagen, maar de nachten. De sjabbat (wekelijkse rustdag) begint dan ook op het moment dat op vrijdagavond de zon is ondergegaan en duurt tot het moment dat op zaterdag de zon ondergaat.
Vroeger begon een maand wanneer in Jeruzalem een nieuwe maan was gesignaleerd. Men baseerde zich daarvoor op getuigenverklaringen en maakte met behulp van vuursignalen in heel Palestina het begin van de nieuwe maand bekend. Omdat joden buiten Palestina (het toenmalige Israël) niet precies wisten wanneer die nieuwe maan zou komen, zond men vanuit Palestina aan het begin van maanden waarin belangrijke feesten gevierd werden, boden naar de buurlanden om te vertellen dat de nieuwe maan er was.
De joodse jaartelling begint natuurlijk niet met de geboorte van Jezus Christus. Joden laten hun jaartelling beginnen in het jaar waarvan ze denken dat het het scheppingsjaar is: 3760 jaar vóór onze jaartelling. Om het gebruikelijke kalenderjaar uit te rekenen moeten we 4000 jaar van het joodse jaartal af tellen en dat getal vermeerderen met 240. Hierbij moet rekening gehouden worden met het feit dat het joodse jaar van september tot september loopt.
Tussen september en januari (als het joodse jaar dus al begonnen is), tellen we dan niet 240, maar 239 bij het westerse jaartal op. Omrekenvoorbeeld: joods jaar 5762 – 4000 = 1762 + 240 = westers kalenderjaar 2002. Het joodse jaar wordt niet aangegeven als "Anno Domini" (AD: in het jaar van de Heer, met het geboortejaar 0 van Jezus Christus als beginpunt), maar als "Anno Mundi" (AM: in het jaar van de wereld, met het scheppingsjaar 3760 als beginpunt).
Islamtische kalender
Moslims volgen de maan-maanden als basis voor hun kalender. Een maanjaar is ongeveer 11 dagen korter dan het gewone jaar van 365 dagen. Omdat er geen correctie plaatsvindt in relatie tot het zonnejaar (dus geen dertiende maand om de zoveel tijd wordt ingevoerd), worden islamitische feestdagen elk jaar dus op een ander tijdstip in het "gewone" jaar gevierd. De Ramadan (vastenperiode) valt daarom wisselend in lente, zomer, herfst of winter.
De islamitische kalender start in het jaar van Hidjra (emigratie), toen de profeet Mohammed de stad Mekka verliet om in Medina de eerste islamitische gemeenschap te stichten. Moslims noemen dat jaar 1 AH (Anno Hegirae = het jaar van de Hidjra). In de christelijke jaartelling is da 622 (AD, n. Chr.).
Voor het omrekenen van een "christelijk" naar een "islamitisch" jaar kunnen de volgende twee formules worden gebruikt: (C = christelijk jaar; H = islamitisch jaar):
omrekenen van islamitisch naar christelijk jaar: C = H + 622 – (H : 33)
omrekenen van christelijk naar islamitisch jaar: H = C – 622 + {(C – 622):33}
Voorbeeld: in welk jaar leven we momenteel volgens de islamitische jaartelling? Antwoord:
2002 – 622 + {(2002 – 622) : 33} = 1380 + (1380 : 33) = 1380 + 42 = 1422.
Boeddistische- en hindoekalenderkalender
Van een aparte boeddhistische en hindoe-kalender is niet "echt" sprake; wel zijn er enkele bijzonderheden van aan te geven.
De hindoeïstische kalender is tamelijk ingewikkeld, omdat deze zowel rekening houdt met de maanstanden als met het zonnejaar. Het hindoe-jaar begint in de lente en de religieuze kalender telt twaalf maanden (maan-maanden). Iedere maand loopt van volle maan tot volle maan (29½ dag) en wordt verdeeld in een lichte en een donkere helft. In het dagelijks leven gebruiken Hindoes dezelfde kalender als iedereen. Ze gaan daarom voor het gemak uit van 30 dagen per maand en nummeren om de twee maanden de 28e dag dubbel: 27/28. Een periode van twaalf maanden heet een "pattra" en telt voor één dag in een godenjaar. Eén godenjaar staat voor 360 Hindoejaren. Twaalfduizend van deze godenjaren vormen een cyclus van tijdperken of yuga's. Het hindoeïstische jaar 2459 staat gelijk met "ons jaar" 2002. Start men vanuit een ander 'nulpunt' (bv. in 57 v. Chr., toen koning Vikram een hindoeïstische jaartelling invoerde, genoteerd met AV – Anno Vikram – ), dan staat 2002 gelijk met het AV-jaar 2064.
Het (zuidelijk) boeddhisme volgt een maankalender, terwijl het noordelijk boeddhisme met een zonnekalender rekent. Boeddhisten beginnen hun jaartelling bij de geboorte van de Boeddha. Wanneer dat jaar als nulpunt wordt genomen, staat "ons jaar" 2002 gelijk met het boeddhistische jaar 2537.
- tijd van jagers en boeren (-3000 vC) / Prehistorie;
- tijd van Grieken en Romeinen (3000 vC-500 nC) / Oudheid;
- tijd van monniken en ridders (500-1000) / vroege Middeleeuwen;
- tijd van steden en staten (1000-1500) / hoge en late Middeleeuwen;
- tijd van ontdekkers en hervormers (1500-1600) / Renaissancetijd / 16e eeuw;
- tijd van regenten en vorsten (1600-1700) / Gouden Eeuw / 17e eeuw;
- tijd van pruiken en revoluties (1700-1800) / eeuw van de Verlichting/18e eeuw;
- tijd van burgers en stoommachines (1800-1900) / industrialisatietijd / 19e eeuw;
- tijd van de wereldoorlogen (1900-1950) / eerste helft 20e eeuw;
- tijd van televisie en computer (vanaf 1950) / tweede helft 20e eeuw.
Zoals u kan vernemen zijn ook wij geschrokken van het vele malen hergroeperen van de jaartellingen wereldwijd.
Bekeken vanuit de Afrikaanse tellingen en de Maya tellingen zijn WIJ helaas tot een schokkende conclusie gekomen, de zonpassages of ook wel zonnetellingen genoemd waren gebasseerd op de processen waarin de zon en maan het energieveld met de aarde wisselen waarin de Moeder aarde naar "mannelijk" geslacht zal keren.
Deze ook wel omwentelingen genoemd zijn gebasseerd vanuit zeer hoge kennis der natuur en worden gebasseerd vanuit oude geschriften, oude stenen met inscripties en oude aantekeningen die tot op de dag van vandaag nog aan rotswanden te lezen zijn.
Echter de tijd haast ons omdat we weten dat de Natuurlijke klok die gebasseerd is op he thier en nu ofwel de Afrikaanse tellingen ervanuit gaan dat enkel het hier en nu de perfecte basis kan zijn voor het herstel van de juiste telling om verwarring en chaos te voorkomen.
Naar onze mening komt dan ook de combinatie 200888002 als meest aannemelijke naar voren omdat deze gebasseerd is vanuit de basis van ons bestaan en direct gekoppeld kan worden aan het gedrag van doorschuiven van het energieveld welke als Noord en Zuidpool worden aangeduid.
Ik ben dan ook persoonlijk benieuwd of de wetenschap straks bij hernieuwde herplaatsing de termen Noord en Zuidpool weer zullen en ook wel willen gebruiken.
IK weet dan ook vrijwel zeker te stellen dat er sprake is van inderdaad een zeer grote fout zoals Big Eagle al zij in zijn toespraak in 1912 te Wassinghton, toen werd hij schaterend en spottend uigelachen maar helaas echter nu bijna 100 jaar later zijn zijn waarnemingen en waarschuwingen aan het hof van de Verenigde staten het meest aannemelijk te maken.
2008?? of.............. aan u het oordeel..
Gedeeltelijke bronnen...:
Voor meer achtergrondinformatie over diverse kalenders en jaartellingen zie:
Besten, G. den, Th. Paping & H. Pol (1987; 1990). Mens en medemens. Geestelijke stromingen in onze samenleving. Groningen : Wolters-Noordhoff (blz. 81-94).
Verbeek, C. & M. Poort-Mittendorff (1987). Wat mensen beweegt. Geestelijke stromingen, deel 3: Leven van alledag. Gooi en Sticht : Hilversum.
Eijk, I. van (1993). Van Allerheiligen tot Sint Juttemis. Achtergronden van onze feestdagen. Kosmos : Utrecht/Antwerpen (blz. 11-14)
Kaathoven, Henk v. (z.j.). Klokken en kalenders. De tijd wereldwijd. CMO : Nijmegen (Postbus 9108, 6500 HK Nijmegen, tel. 024 – 361 30 74, www.cmo.nl)