Graan ruim twee keer zo duur
‘Voedselcrisis is erger dan de kredietcrisis’
Voedsel is nog nooit zo duur geweest. Her en der breken rellen uit. Gualberto Mosquera kan helpen, met onze hulp.
Gualberto Mosquera is rijstboer in Ecuador. Hoe vruchtbaar zijn land ook is, de opbrengst zou veel hoger kunnen zijn. Het ontbreekt Mosquera echter aan kunstmest, goede kwaliteit zaad en de machines om de productie op zijn land op te voeren. De Zuid-Amerikaan heeft daarom hulp gevraagd in de vorm van een microkrediet van 675 dollar, genoeg voor een flink grotere oogst.
Voor arme Ecuadorianen zou het een zegen zijn. De rijst die Mosquera verbouwt, is het afgelopen jaar 74 procent duurder geworden, net als veel ander voedsel. Een grotere opbrengst zou kunnen betekenen dat de prijs in ieder geval stabiliseert of zelfs weer zakt; reden dat organisaties als de Wereldbank boeren als Mosquera onmisbaar achten in de queeste naar voldoende en betaalbaar voedsel.
Als hij en de miljoenen andere boeren in ontwikkelingslanden de moderne middelen krijgen aangereikt om de productie te verhogen, is dat voor hen een weg uit de armoede. Volgens landbouwonderzoekers kunnen in ontwikkelingslanden op bestaande rijstakkers met betere bemesting, irrigatie, mechanisatie en verbeterde rijstplanten de oogsten worden opgevoerd tot 170 procent van wat ze nu zijn.
Dan nog is het de vraag of dat over twintig jaar genoeg is om de wereld te voeden. Het alternatief is om het landbouwareaal uit te breiden, maar dat gaat ten koste van de natuur, ook het regenwoud. Oplossen van het voedselprobleem zorgt voor een toenemend klimaatprobleem.
Decennialang waren de voedselprijzen stabiel, was een kilo rijst betaalbaar, behalve misschien voor de allerarmsten. Maar de laatste paar jaar, en dan vooral de laatste maanden, zijn de voedselprijzen in een tempo gestegen dat iedere ontwikkelingswerker zorgen baart. Nog een paar zorgwekkende getallen: graan is in een jaar tijd (tot maart) met 130 procent gestegen, soja met 87 procent en maïs met 31.
Oorzaken zijn misoogsten, de sterk toegenomen vraag uit Azië en de Westerse behoefte aan biobrandstoffen. Het verbouwen van palmolie, suikerriet of maïs ten behoeve van de in de VS geliefde bio-ethanol concurreert in ieder geval deels met de voedselketen. Hogere prijzen zijn het te verwachten resultaat. De ontwrichtende gevolgen daarvan zijn voor de internationale gemeenschap niet langer te negeren.
Eerst was er het Tortilla-oproer in Mexico, waar de arme bevolking steeds meer moeite heeft haar basisvoedsel van maïs te betalen. Afgelopen weken spreidde de onrust zich uit over landen als Egypte, de Filippijnen, Bangladesh en Haïti, waar de nood zaterdag leidde tot ernstige voedselrellen. Het resultaat: vijf doden en een naar huis gestuurde premier. Even daarvoor had de regering al de onorthodoxe maatregel genomen de prijs van rijst met 15 procent te verlagen, in de hoop de onrust te bedwingen. Zelfs in Italië was er al sprake van enig tumult, vanwege het steeds duurder worden van pasta.
Wereldbank-president Robert Zoellick koos dit weekend het podium om wereldwijd aandacht te vragen voor de problemen. Tijdens het voorjaarsoverleg van het IMF en de Wereldbank in Washington vroeg Zoellick zondag wereldleiders op te treden tegen wat hij ziet als een grote bedreiging voor de bestrijding van armoede. De internationale gemeenschap ‘should put its money where its mouth is’, riep Zoellick, terwijl hij demonstratief een zak rijst omhooghield. ‘De situatie is dramatisch’, zei ook Agnes van Ardenne, die Nederland bij de FAO (de voedsel- en landbouworganisatie van de Verenigde Naties) vertegenwoordigt. De conclusie op zondag luidde dan ook dat de voedselcrisis in potentie een grotere bedreiging is voor de economische en politieke stabiliteit dan de kredietcrisis.
Hoe de voedselcrisis het hoofd te bieden? Op korte termijn met 500 miljoen dollar extra noodhulp voor het World Food Program van de VN, stelde Zoellick voor. Maar op langere termijn zijn andere, meer ingrijpende initiatieven nodig. Het komt er eenvoudig gezegd op neer dat er meer voedsel geproduceerd moet worden, en vooral op plekken waar armoede en schaarste is. De Wereldbank maakt van landbouw zijn topprioriteit en verdubbelt daarom in 2009 zijn leningen aan de agrarische sector in Afrika naar 800 miljoen dollar.
Progressie in Afrika en andere delen van de Derde Wereld is ook voor het Westen profijtelijk. Hoge voedselprijzen merken we hier vanzelfsprekend ook bij de kassa van de supermarkt en de maandelijkse inflatiecijfers. Wie actie van de Wereldbank en de VN niet kan afwachten, kan direct de landbouw stimuleren door geld te doneren aan microkredietorganisaties als Kiva. Rijstboer Mosquera weet het geld goed te besteden.