Oefenen voor overstroming
DEN HAAG - Nederland gaat een week lang oefeningen houden ter voorbereiding op een ramp door overstroming.
Tijdens deze grote rampenoefening in november volgend jaar moet duidelijk worden welke onvoorziene problemen opduiken bij een overstroming. ''De conclusie van die oefening zal niet zijn: We hebben alles goed voor elkaar.'' Daarvoor waarschuwt voorzitter Jan Franssen van de Taskforce Overstromingen, die de oefening zal organiseren. De taskforce belegde woensdag haar eerste officiële vergadering met minister Johan Remkes (Binnenlandse Zaken) en staatssecretaris Melanie Schultz van Haegen (Waterstaat). De twee demissionaire bewindslieden onderschreven de constatering dat een grootschalige oefening nieuwe knelpunten aan het licht zal brengen.
Minister Remkes wil dat tijdens de oefenweek de werkwijze van alle betrokkenen getest wordt. ''Het is belangrijk dat we naar iedereen kijken, van de vrijwilligers bij de reddingsbrigade tot de bestuurders.'' Daartoe worden in de derde week van november 2008 diverse kleine oefeningen gehouden die uiteindelijk samenkomen in één groot testscenario.
Realistische scenario's
De nieuwe taskforce moet ervoor zorgen dat hulpdiensten bij een overstroming goed hun werk kunnen doen. Daartoe zal Franssen, tevens commissaris van de koningin in Zuid-Holland, kijken of de rampenplannen van hulpverleners goed op elkaar aansluiten en of bestuurders op de juiste manier de regie kunnen voeren. ''Dat moet naadloos passen'', aldus Remkes.
Schultz van Haegen heeft afgelopen voorjaar al gepleit voor een omvangrijke oefening waarbij een waterramp wordt nagebootst. De noodzaak daartoe werd haar duidelijk tijdens een bezoek aan New Orleans, dat door de orkaan Katrina onder water kwam te staan. ''Als je dat soort beelden ziet, besef je dat we hier goed moeten nadenken over de gevolgen van een overstroming.''
Franssen zal met zijn taskforce proberen om Nederlanders ervan te overtuigen dat een overstroming kàn plaatsvinden, ook al is de dreiging niet acuut. ''Maar we krijgen mensen niet achter de kachel vandaan met irreële beelden. We zullen dus realistische scenario's moeten schetsen.''