Balkenende: Nederland wel voorbereid op rampen
DEN HAAG - Het kabinet „herkent zich niet in het beeld dat Nederland niet voorbereid zou zijn op rampen.” Dat zei minister-president Jan Peter Balkenende vrijdag na afloop van de wekelijkse vergadering van de ministeraad.
Hij reageerde op berichten eerder deze week, die gebaseerd zijn op stukken die vrijkwamen nadat een beroep was gedaan op de Wet Openbaarheid Bestuur. Het gaat om rapporten uit 2005 en 2006, die zijn opgesteld door ambtenaren nadat het kabinet gevraagd had om knelpunten in kaart te brengen.
„Gedateerde informatie”, aldus Balkenende. „Het is niet zo dat het kabinet sindsdien niets gedaan heeft.” De premier wees op programma's om overstromingen tegen te gaan, waarvoor al geld is uitgetrokken. Als het gaat om epidemieën die zich wereldwijd voor kunnen doen, behoort Nederland bij de „Europese kopgroep” wat betreft de bestrijding van de gevolgen. De veiligheidsdiensten AIVD en MIVD zijn uitgebreid en werken inmiddels beter samen.
Volgens Balkenende doet het kabinet er alles aan om risico's zo klein mogelijk te houden, maar zijn die nooit helemaal uit te sluiten.
De premier zette uiteen dat het van de aard van een crisis afhangt welke minister als eerste verantwoordelijk is. Bij MKZ bijvoorbeeld gaat het om de minister van LNV, bij volksgezondheid om de minister van VWS en bij terorisme om de minister van Justitie. „Als er meerdere aspecten” zijn is een bijzondere rol weggelegd voor de minister van BZK, maar die heeft volgens Balkenende „niet alle verantwoordelijkheid.” „Zo heeft minister Ter Horst het ook met ons besproken”, aldus Balkenende, die zei dat hierover binnenkort nader wordt gesproken in het kabinet.
Minister Guusje ter Horst van BZK zei donderdag dat zij bij de bestrijding van rampen de regie wil voeren en dat zij af wil van het poldermodel, waarbij beslissingen in overleg met andere ministers worden genomen.