Wednesday, February 06, 2008

Onderzoek universiteit Wageningen komt op oersaai arm bos uit

Natuur Oersaai groen door mens gecreerd, maar kan zo veel beter...


U houdt van een boswandeling? U knapt daar helemaal van op? Prijs uzelf gelukkig, want Patrick Hommel, medewerker van het Wageningse onderzoeksinstituut Alterra, vindt onze nationale bossen maar saai.

Met enige collega’s publiceerde Patrick Hommel onlangs een pleidooi de alomtegenwoordige eiken en beuken in onze bossen deels te vervangen door andere bomen – bomen die vroeger in onze bossen heel gewoon waren maar nu zijn verdwenen.

Vijfduizend jaar geleden, voordat de mens invloed ging uitoefenen op de samenstelling van het bos, kwam de wandelaar veel meer boomsoorten tegen. Vooral de linde kwam in ons moerasland veel voor (hier en daar stonden echte lindewouden) maar ook de es, esdoorn, iep en hazelaar. En ook de bosgrond vertoonde veel meer variatie: in tegenstelling tot de eik en beuk, die aan de grond veel schaduw geven, zorgden die bomen voor meer licht op de grond en dus voor een zeer diverse begroeiing – veel diverser en mooier dan de onafzienbare zee van koningsvarens die de huidige bosbodem bedekt.

Sinds die tijd zijn onze bossen echter flink in samenstelling veranderd, zeg maar gerust: verarmd, en dat komt vooral doordat de mens de verspreiding van goede houtleveranciers – eik, beuk en naaldbomen – bevorderde. Resultaat: oerbos werd oersaai bos. En het is ook nog een beetje doods, zo schrijven de bosbouwkundigen. Doordat de bladeren en takken van deze boomsoorten slecht afbreekbaar is, zijn de bodems voedselarm en zuur geworden.

Maar dat hoeft helemaal niet. De huidige mens heeft geen hout meer nodig uit eigen bos: recreatie is veel belangrijker. Dus kunnen en moeten we terug naar de veel mooiere bossen van weleer. Vooral de linde moet terugkeren, vinden Hommel en collega’s. Hun boek Terug naar het lindewoud bevat tips waarmee beheerders hun bossen terug kunnen laten keren naar hun oertoestand. Dat kan redelijk snel en eenvoudig gebeuren dankzij, zoals ze dat noemen, het ‘linde-effect’: als je op geschikte plekken die boomsoorten aanplant, ontstaan daar vanzelf lagen gemakkelijk verteerbare bladeren en takken, die voeding leveren aan voorjaarsbloeiers zoals de bosanemoon en daslook. En die bloeiers trekken op hun beurt insecten aan, en die lokken de vogels en kleine zoogdieren.

Staatsbosbeheer ziet er wel wat in. U vindt onze bossen zo mooi? Als het aan Wageningen ligt, worden ze straks nog veel mooier.

Trefwoorden: Alterra, staatsbosbeheer